Bij familiebedrijven kan na een generatiewisseling het aantal aandeelhouders snel groeien. Het verminderen van het aantal aandeelhouders, ook wel ‘snoeien’ genoemd, wordt al gauw gezien als ‘not done’. Maar het hebben van veel aandeelhouders kan grote impact hebben op de continuïteit van het familiebedrijf. En soms groeit een familiebedrijf zo hard dat het niet meer voldoet aan de wensen en verlangens van een groeiende familie.
Tijdens een door Innoo georganiseerde en geleide ronde tafelbijeenkomst spraken 8 families met elkaar over de voors en tegens van een grote groep aandeelhouders. De bedrijven van de 8 deelnemers hebben een divers gespreid aandeelhouderschap, variërend van 1 tot meer dan honderd aandeelhouders. Bij sommigen was gesnoeid, bij de meesten niet. Mede dankzij die diversiteit kwam de groep tot verschillende interessante conclusies. Deze zijn het waard om te delen:
- Niet alleen beschikbaarheid van geld maar ook de cultuur en de historie van de familie bepalen of snoeien een optie is of niet.
- Er kunnen redenen zijn om het aantal aandeelhouders te verminderen. Bijvoorbeeld als de belangen van de diverse aandeelhouders teveel uiteen lopen. Maar wees je dan bewust van de financiële consequenties voor het bedrijf en van de emotionele consequenties voor degenen die hun aandeelhouderschap verliezen. Ontegenzeggelijk is dan kapitaal nodig voor de uitkoop. Dat kan dus niet in de onderneming blijven en kan de (noodzakelijke) groei van het bedrijf beperken.
- Een beetje snoeien om zo de complexiteit te verminderen werkt niet. Het is dan beter het probleem echt bij de wortel aan te pakken en het aantal aandeelhouders terug te snoeien tot een eensgezinde groep of zelfs één aandeelhouder, die vervolgens weer kan bouwen.
- Als je het aandeelhouderschap laat uitwaaieren, geef familieleden dan de vrijheid om uit te stappen. En werk hard aan communicatie en betrokkenheid van aandeelhouders. Dat komt niet vanzelf, je moet er echt aan trekken. Begin daar vroeg mee, anticipeer op wat er gaat komen.
Tijdens het gesprek brachten de deelnemers elkaar op praktische ideeën. Zoals bijvoorbeeld het maandelijkse klasje voor aandeelhouders waarin zij leren wat nodig is voor betrokken en verantwoord aandeelhouderschap. Maar ook het opbouwen van een pot liquiditeiten om aandeelhouders te kunnen uitkopen. En brainstormen over nieuwe producten met de kinderen van 6-12 jaar onder leiding van de innovatiemanager. En het bewust betrekken van de partners bij bijeenkomsten en het organiseren van informatieavonden voorafgaand aan de formele besluitvorming op de aandeelhoudersvergadering.
Het samen brainstormen met andere families bleek weer een leerzame en plezierige bezigheid. Een volgend ronde tafel gesprek staat gepland voor het voorjaar 2016.